Prothrombine tijd: verschil tussen versies

Uit wikilab
Ga naar: navigatie, zoeken
(Referentie-interval)
(Referentie-interval)
Regel 36: Regel 36:
 
|-
 
|-
 
! Hond
 
! Hond
| 7
+
| 7.0
| 10
+
| 10.0
 
| s
 
| s
  

Versie van 29 mrt 2013 om 15:10

Benamingen en codes
Omschrijving Prothrombine tijd
Synoniemen PT
Loinc 5902-2
Code DPTT
Aanvraagcode 0100
Afname en methode
Staal Citraat
Min volume (?) cfr. volume afnamebuis
Methode
Rapportering
Rubriek Hematologie
Subrubriek Stolling
Frequentie ma-za
Doorlooptijd zelfde dag
Eenheid s

Indicaties

  • Bloedingsneiging.
  • Risicopatiënten: hemangioSA milt, DIC, leverpatiënten, vWD risicorassen.
  • Monitoring heparinetherapie

Staalname

Citraat tube

De verhouding citraat/bloed moet kloppen: vul de tube tot aan het maatstreepje.

Referentie-interval

Laag Hoog Eenheid
Hond 7.0 10.0 s
Kat 7 12 s
Paard 11.8 14.5 s

Pups: D1 1.3x, D7 no

Interpretatie

Test gemeenschappelijke en extrinsieke stollingsweg: factor I, II, V, VII en X.

Steeds samen interpreteren met trombocyten, APTT en eventueel bloedingstijd. Een PT die met 3s verlengd is, is klinisch significant. Zie ook APTT.

Versnelde metingen correleren klinisch niet met hypercoagulobiliteit.

Door acute faze respons tgv stress kan het fibrinogeen stijgen, waardoor verlengde APTT, PT en TT waarden worden verdoezeld.

Monitoring heparinetherapie, warfarinetherapie 1.3 - 2x base line, 8-10u na toediening; of INR 2-3

Referenties