Lipemie

Uit wikilab
Ga naar: navigatie, zoeken
Aan deze pagina zijn wijzigingen gemaakt die niet voor vertaling zijn gemarkeerd.

Definitie

Lipemie is een witte vertroebeling van het serum of plasma door chylomicronen en VLDL, rijk aan triglyceriden. De troebeling wordt zichtbaar >300 mg/dL triglyceriden.

Oorzaken

Meestal is het te wijten aan een recente (vethoudende) voedselinname. Postprandiale lipemie is normaal en verwijnt meestal na 10u vasten. Lipemie in een uitgevast staal (>12u) is bij honden en katten zeker abnormaal en kan gepaard gaan met ziektes zoals[1]:

  • diabetes mellitus
  • pancreatitis
  • hypothyroïdie
  • hyperadrenocorticisme
  • PLN
  • cholestase
  • obesitas
  • langdurig vasten/uithongering

naast enkele erfelijke aandoeningen

  • lipoproteïne lipase deficiëntie bij katten[2]
  • idiopatisch bij miniatuur Schnauzers[1][3]

Postprandiale lipemie treedt niet op bij EPI.

Obese ponies, minipaarden en miniatuur ezels zijn bijzonder gevoelig voor het ontwikkelen van lipemie. Vooral dracht, lactatie en anorexie werken lipemie in de hand.[4]

Lipemie vs hyperlipidemie

De twee termen worden door elkaar gebruikt maar verschillen toch in een nuance. Lipemie is zoals hierboven vermeld de macroscopisch waarneembare vertroebeling van plasma hoofzakelijk tgv van triglyceriden. Hyperlipidemie is de aanwezigheid van een verhoogde concentratie cholesterol en/of triglyceriden. Hypercholesterolemie veroorzaakt geen vertroebeling, hyperlipidemie kan dus bestaan zonder lipemie.

Interferentie

RBC zijn gevoeliger voor mechanische hemolyse tijdens postprandiale lipemie.

Hoe wordt lipemie gedetecteerd?

Vanaf 300 mg/L (0.3 g/L) triglyceriden is lipemie zichtbaar met het blote oog.

Telkens het staal over de biochemische analyzer loopt, wordt een bichromatische absorbantiemeting uitgevoerd op het staal na verdunning met fysiologisch water. Na meting bij een golflengte van 700 en bij 660 nm wordt een L(ipemie)-index berekend. Deze golflengtes worden niet beïnvloed door hemolyse of icterie. Voor elke parameter door het instrument uitgevoerd is er een maximale L-index gedefinieerd waarbij de meting nog betrouwbaar is. Indien deze overschreden wordt, wordt het resultaat als onuitvoerbaar gerapporteerd.

Een tabel met H-, L- en I-indexen voor de door ons toegepaste methodes voor een groot aantal biochemische bepalingen is hier raadpleegbaar.

Voor stalen die niet over het biochemietoestel lopen, wordt er geen L-index berekend en wordt lipemie dus niet automatisch gerapporteerd.

Een verschil tussen MCHC en CHCM van >1.9 g/dL. in een EDTA-volbloed staal wijst op lipemie en/of hemolyse.

Referenties

  1. 1,0 1,1 Xenoulis & Steiner: Lipid metabolism and hyperlipidemia in dogs. Vet. J. 2010;183:12-21. PMID: 19167915. DOI.
  2. Ginzinger et al.: Lipid and lipoprotein analysis of cats with lipoprotein lipase deficiency. Eur. J. Clin. Invest. 1999;29:17-26. PMID: 10092984.
  3. Xenoulis et al.: Investigation of hypertriglyceridemia in healthy Miniature Schnauzers. J. Vet. Intern. Med. 2007;21:1224-30. PMID: 18196730.
  4. Waitt & Cebra: Characterization of hypertriglyceridemia and response to treatment with insulin in horses, ponies, and donkeys: 44 cases (1995-2005). J. Am. Vet. Med. Assoc. 2009;234:915-9. PMID: 19335242. DOI.