Insulin-like Growth Factor I
|
Indicaties
- Hypofysaire dwerggroei
- Acromegalie (kat)
Referentie-interval
Laag | Hoog | Eenheid | Laag SI | Hoog SI | SI eenheid | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Hond | 200 | 800 | ng/mL | 200 | 800 | mol/L | |
Kat | 200 | 800 | ng/mL | 200 | 800 | mol/L |
Toybreed-hondenrassen kunnen lagere waarden hebben
Conversie
ng/mL × 0.13 = nmol/L nmol/L x 7.692 = ng/mL
Interpretatie
I.t.t. GH zelf is de secretie van IGF-1 niet episodisch en bovendien heeft een lange halfwaardetijd. De concentratie in een willekeurig staal zou representatief zijn voor de GH-secretie van de laatste 24u. Eén staal is dus voldoende.
<50 ng/mL is diagnostisch voor hypofysaire dwerggroei. Bij dwerggroei kan men best eveneens de schildklierfunctie nagaan gezien enerzijds de sterke overeenkomsten tussen congenitale hypothyroidie en hypofysaire dwerggroei en anderzijds de frequentie waarmee beide samen voorkomen. Laag T4 met laag tot laag normaal TSH ondersteunt de diagnose. Stimulatietesten zijn zelden noodzakelijk.
Ook secundair hypoadrenocorticisme is niet ongewoon. Hiervoor wordt best een ACTH-stimulatietest uitgevoerd.
>1000 ng/mL is diagnostisch voor acromegalie Acromegalie, complicaties hond:
Diabetes mellitus (belangrijkste), insuline-resistentie kan lang na het verwijderen van de progesteronbron aanhouden. ADHmoeilijkheden tgv weke weefselproliferatie thv de bovenste luchtwegen Prognatia inferior Spondylosis deformans Pyometra, mucometra Secundair hypoadrenocorticisme igv iatrogene acromegalie tgv bijniercortexatrofie daar progestagenen de ACTH- secretie kunnen onderdrukken.
Complicaties kat
Diabetes mellitus, insuline-resistentie die eventueel leidt tot diabetogene nefropathie (ie. glomerulosclerose) en CNI. (frequent) ADHmoeilijkheden tgv weke weefselproliferatie thv de bovenste luchtwegen (ongewoon) Arthrose Prognatia inferior Cardiomyopathie Zenuwsymptomen tgv tumorexpansie