Prothrombine tijd: verschil tussen versies

Uit wikilab
Ga naar: navigatie, zoeken
(Behandeling)
(Fyiologie)
Regel 78: Regel 78:
 
PT evalueert de gemeenschappelijke (factor I (fibrinogeen), II (thrombine), V, en X) en de extrinsieke stollingsweg (Factor VII).
 
PT evalueert de gemeenschappelijke (factor I (fibrinogeen), II (thrombine), V, en X) en de extrinsieke stollingsweg (Factor VII).
  
[[Image:Classical_blood_coagulation_pathway.png|500px]]
+
[[File:Classical_blood_coagulation_pathway.png|500px]]
  
 
==Referenties==
 
==Referenties==
 
{{Reflist}}
 
{{Reflist}}
 
[[Category:LabWijzer]]
 
[[Category:LabWijzer]]

Versie van 20 jan 2017 om 14:28

Benamingen en codes
Omschrijving Prothrombine tijd
Synoniemen PT
Loinc 5902-2
Code DPTT
Aanvraagcode 0100
Afname en methode
Staal Citraat
Min volume (?) cfr. volume afnamebuis
Methode
Rapportering
Rubriek Hematologie
Subrubriek Stolling
Frequentie ma-za
Doorlooptijd zelfde dag
Eenheid s

Indicaties

  • Bloedingsneiging
  • Rattenvergif
  • Risicopatiënten: hemangioSA milt, DIC, leverpatiënten, vWD risicorassen.
  • Monitoring heparinetherapie
  • Monitoring Vit K therapie

Staalname

Citraat tube

De verhouding citraat/bloed moet kloppen: vul de tube tot aan het maatstreepje.

Referentie-interval

Laag Hoog Eenheid
Hond 7.0 10.0 s
Kat 7 12 s
Paard 11.8 14.5 s

Pups: D1 1.3x, D7 no

Interpretatie

  • Steeds samen interpreteren met trombocyten, APTT en eventueel bloedingstijd. Een PT die met 3s verlengd is, is klinisch significant.
  • Versnelde metingen correleren klinisch niet met hypercoagulobiliteit.
  • Door acute faze respons kan fibrinogeen stijgen, waardoor een verlengde APTT en PT worden verdoezeld.

Rattenvergif

Diagnose

  • In eerste instantie verlengt de PT door depletie van factor VII (kortste halfwaardetijd) binnen de 24u vooraleer bloedingsneigingen optreden.
  • Later vertraagt ook aPTT

Behandeling

  • Eerste dag Vit K supplementeren aan 5 mg/kg
  • Volgende dagen 1,25 mg bid PO (of SC indien GI problemen)
  • Therapieduur afhankelijk van het type: dicoumarinederivaten minstens 1w, brodifacoum minstens 3w.
  • Monitoring: 2d vóór stopzetting supplementatie PT hermeten en eventueel herbeginnen

Monitoring heparinetherapie, warfarinetherapie 1.3 - 2x base line, 8-10u na toediening; of INR 2-3

Fyiologie

PT evalueert de gemeenschappelijke (factor I (fibrinogeen), II (thrombine), V, en X) en de extrinsieke stollingsweg (Factor VII).

Classical blood coagulation pathway.png

Referenties