Hoge dosis Dexamethasone suppressietest

Uit wikilab
Versie door Frank (Overleg | bijdragen) op 15 jun 2009 om 15:05

(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken

Differentiatie hypofyse-afhankelijk hyperadrenocorticisme en functionele bijniertumor wanneer LDDST niet diagnostisch was.

Doelorganen Bijnier
Staal Serum, EDTA-plasma
Minimum hoeveelheid 2 x 0.3ml
Methode immunochemiluminiscentie
Resultaat dagelijks

Hond: 0.1 mg/kg dexa iv; basaal staal + (4h) +8h p.i Kat: 1 mg/kg dexa iv; basaal staal + 4h, 6h en 8h

Ideaal nadat de patiënt een nacht gehospitaliseerd werd. Excitatie vermijden.

alternatief: 3d morgendurine (zelfde tijdstip) opvangen, na het tweede staal om de 8uur 0.1 mg dexa po

Interpretatie

Men tracht de cortisolproductie te onderdrukken met een hoge dosis dexa in de veronderstelling dat een lage dosis niet voldoende was.

Hond

Het 4u staal is optioneel; bij dieren die zowel met LDDST als HDDST getest werden, was deze bijkomende waarde slechts in een kleine minderheid (<5%) diagnostisch.


HAH (75%)

  Suppressie is diagnostisch, vals positieven zijn zeldzaam (i.e. BT) en liggen meestal dichtbij het beslissingspunt.
  4u post dexa <50% vd basale waarde of <1.4 µg/dL van de basale concentratie
  8u post dexa <50% vd basale waarde of <1.4 µg/dL van de basale concentratie
  25 % van de gevallen vertoont echter op geen enkel moment suppresie, het ontbreken van suppressie sluit HAH dus niet uit.

BT (100%) of dexamethasone-resistente HAH (25%)

  Geen suppressie op 4h noch op 8h

Men zou theoretisch verwachten dat nog hogere dossisen dexa in staat zijn het onderscheid te kunnen maken. In praktijk is dit helaas niet zo. Voor verdere differentiatie is een plasma ACTH meting nodig.Er werd gesuggereerd dat tumorale omvorming van de A-cellen in de pars intermedia van de hypofyse diegene zijn die uiteindelijk resistent blijken te zijn, daar deze cellen in normale omstandigheden ook geen negatieve feedback ondergaan.


Kat

Bij normale katten is de cortisolconcentratie na 4h, 6h en 8h <1.4 µg/dL. Jammer genoeg is dit ook geval bij sommige katten met HAH.

Indien de 8h concentratie >1.4 µg/dL wordt hyperadrenocorticisme waarschijnlijk. De probabiliteit wordt groter naarmate ook de 6h en 4h waarden >1.4 µg/dL. Elke post-dexa meting <50% van de basale concentratie is een bijkomend argument.

  Suppresie =
  4u p.i. <50% vd basale conc
  4u p.i. <1.4 µg/dL (40 nmol/L)
  8u p.i. <50% vd basale conc
  8u p.i. <1.4 µg/dL (40 nmol/L)

Elke hond met hyperadrenocorticisme die één of meerdere van deze waarden heeft, heeft hoogst waarschijnlijk HAH.