Gewrichtsvocht cytologie
Niet bij artrose, wel bij pijnlijke, gezwollen of fluctuerende gewrichten of bij persisterende koorts van ongekende oorsprong.
Opvolgen arthriden
| Doelorganen | Gewricht
Cytologie |
|---|---|
| Staal | Vocht in EDTA + serumbuis |
| Minimum hoeveelheid | |
| Methode | |
| Resultaat |
Minstens 6 gewrichten bemonsteren.
25G naald, 2ml spuit
22G 1 1/2inch naald voor schouder, elleboog, knie van grote honden
3inch spinale naald voor heup van grote honden
Interpretatie
Troebeling of vlokken betekent hoge cellulariteit. >3000 WBC/µl of >15% neutrofielen is een teken van inflammatie van het synoviaalvlies. Hoe sterker de ontsteking, hoe meer neutrofielen. Degeneratieve veranderingen van de neutrofielen wijzen op sepsis, de afwezigheid van dergelijke morfologie sluit sepsis niet uit: na voorafgaandelijke Ab-therapie, bij mycoplasma, ricketsiën, L-vormige bacteriën, calicivirus infecties en postvaccinatie arthritis is het oorzakelijk agens niet cytologisch aantoonbaar en de toxiciteit van neutrofielen afwezig.
>30.000 neutrofielen/µl is indicatief voor sepsis of immuungemedieerde aantasting. Sepsis gaat gepaard met degeneratieve kenmerken van de neutro’s eventueel met gefagocyteerde bacteriën, immuungemedieerde aantasting daarentegen met een verouderende neutrofielenpopulatie die beter bewaard blijft.
Geelverkleuring wijst op een oudere intra-articulaire bloeding evenals hemosiderine-beladen macrofagen en erythrofagocytosis. Wanneer het staal tijdens de punctie gecontamineerd raakt met bloed is de roodverkleuring niet egaal verdeeld maar vormt slierten. Bloedcontaminatie verhoogt het aantal WBC met 1 neutrofiel/500 RBC. Aanwezigheid van bloedplaatjes wijst eveneens op bloedcontaminatie of recente intra-articulaire bloeding.
Gewrichtsvocht wordt waterig wanneer hyaluronzuur gedpolymeriseerd raakt door dilutie met plasma of door degradatie tijdens een intense ontstekingsreactie.
Degeneratieve gewrichtsletsels: mild tot matig verhoogde gemengde WBCpopulatie met overwegend macrofagen en monocyten, eventueel plasmacellen en synoviocyten.
Hoogst zelden worden LE-cellen aangetroffen in SLE geïnduceerde polyarthritis.
Cultuur van bioptweefsel is dikwijls meer productief dan van aspiratiemateriaal.
De meest voorkomende oorzaak van polyartritis bij de hond is immuungemedieerd.
De meest voorkomende oorzaak van polyartritis bij de kat (chronisch progressieve polyartritis) is statistisch gekoppeld met FeSFV (Feline Syncitiumvormend Virus) en FeLV-infectie.
Meestal mannelijke dieren. Twee vormen.
Borrelia (Lyme disease) en Ehrlichia kunnen gewrichten direct aantasten maar gaan niet steeds gepaard met erosieve gewrichtsaantasting typisch voor septische artritis.
Neonatale omphalophlebitis
