Digoxine

Uit wikilab
Versie door Frank (Overleg | bijdragen) op 10 jun 2009 om 10:46

(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken

Instellen en opvolgen digoxinetherapie bij hartpatiënten.

Lanoxin.

Lanitrop.

Digoxine.

Toxiciteit: braken, koliek, diarree, zwakte, bradycardie en arrhythmie.

Doelorganen Drugmonitoring
Staal Serum
Minimum hoeveelheid 0.2ml
Methode Fluorescentie polarisatie immuno-assay
Resultaat zelfde dag

Tijdstip van staalname

Indien 'efficaciteit' van belang is: laagste concentratie bereikt met de toegediende dosis (dal) van belang, i.e. vlak voor de volgende dosis. M.b.v een piek- en dal staal kan men echter een curve opstellen die toelaat de individuele halfwaardetijd van de patiënt te berekenen. Indien 'toxiciteit' van belang is: hoogste concentratie bereikt met de toegediende dosis van belang, i.e. 2 tot 5 uur na de laatste dosis.

Referentie-interval

Laag Hoog Eenheid Laag SI Hoog SI SI eenheid
Hond 0.9 3.0 ng/ml 1 3.1 nmol/L
Kat 0.9 2.0 ng/ml 1 2.6 nmol/L
Paard 1.5 2.5 ng/ml 1.9 3.2 nmol/L

Conversie

ng/ml x 1.28 = nmol/L

nmol/L x .7813 = ng/ml Het therapeutische bereik is niet te interpreteren als een normaalwaarden bereik maar geeft de grenzen weer waarbinnen een groot deel van de populatie (95%) op de therapie gunstig reageert. Sommige dieren zullen m.a.w. reageren buiten deze grenzen (boven of onder) en andere zullen toxische verschijnselen vertonen binnen dit bereik.

Toxische concentratie: > 3 µg/L

Interpretatie

Absorptie oraal < 8u

Halfwaardetijd 12 - 36u (hond 31.3u; kat 31.3u)

Distributie hond 19 l/kg; kat 14.5 l/kg

Steady state 7d

Dosis hond 0.011 mg/kg 2x/d

Dosis kat 0.008 mg/kg 1-2x/d

Dosiscorrectie: in klinische situaties - waar een uiterst preciese afstelling van de therapie niet essentieel is - kan de bereikte plasmaconcentratie afgeleid worden uit de volgende vergelijking:

Nieuwe dosis = (Oude dosis x Beoogde concentratie) / Gemeten concentratie

M.a.w. als de dosis verdubbeldt, zal de bereikte plasmaconcentratie ook verdubbelen en vice versa.

Piek- en dalwaarden laten toe de halfwaardetijd te berekenen voor de patiënt in kwestie wat enorme voordelen biedt voor het correct afstellen van de therapie.

t1/2 = 0.693 / -kel met

kel = helling van de rechte tussen dal en piekconcentratie of

kel = ln(C1/C2) / (t2-t1)

Bij het starten of wijzigen van eender welke dosisparameter moet men 1w (5xt1/2) wachten vooraleer men opnieuw een steady state bereikt.

Andere TC 0.9 - 3.0

Andere TC 0.9 - 2.0