Brucella canis antistoffen

Uit wikilab
Versie door Wikilab (Overleg | bijdragen) op 22 jan 2014 om 14:13

(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken
Benamingen en codes
Omschrijving Brucella canis antistoffen
Synoniemen DBRUCC
Loinc 17784-0
Code DBRUCC
Aanvraagcode 3005A
Afname en methode
Staal Serum
Min volume (?) 500 µL (0.5 mL) serum
Methode Rapid slide agglutination test
Rapportering
Rubriek Serologie
Subrubriek Infectieus
Frequentie 1x/week
Doorlooptijd 1 week
Eenheid geen
Dog.svg

Indicaties

Honden met voortplantingsstoonissen, lymfadenopathie, hyperglobulinemie, discospondylitis of uveïtis.

Interpretatie

Bij een negatief resultaat ondanks sterke verdenking moet de test 4 weken later herdaan worden om staalname vroeg in het ziekteproces uit te sluiten. De seroconversie kan gedurende 4-8w na infectie ondetecteerbaar blijven, ook bij aborterende teven.

Wettelijk bestreden aandoening. Test verplicht voor export naar sommige landen: consulteer site Ministerie van Buitenlandse zaken of de desbetreffende ambassade.

Seroconversie tegenover celwand Ag (TAT, RSAT, AGID) manifesteert zich 3-10w na infectie en persisteert zolang bacteriemie aanhoudt. De Ag zijn echter gemeenschappelijk met andere bacteriespecies. Seroconversie tegenover cytoplasmatische antigenen (AGID) treedt later op (8-12w), persisteert tot 12m en wordt enkel gedeeld met andere Brucella spp.

De antilichamen beschermen echter niet. De titer daalt wanneer de kiemen uit het bloed verdwijnen hoewel ze nog latent in de weefsels kunnen achterblijven.

Referenties