Punctievocht thorax cytologie
|
Indicaties
Elke ophoping van vocht in pleuraholte
Staalname
Thoracocentesis: 21G vlinderkatheder, syringe en driewegkraantje, alternatief over-the-needle katheder 3 1/4 - 5 1/4 inch, 14 - 16G. Tussen 7-8de rib, op 2/3de afstand van costochondrale junctie; al staande of sternale decubitus; aseptisch voorbereiden, lokaal anaestheticum thv punctieplaats. Eerst huid penetreren, huid met naald 2 intercostaal ruimtes opschuiven dan pas thoraxwand puncteren dicht tegen craniale rand van rib.
Interpretatie
Hemorrhagisch | Transudaat | Gemodifieerd | Exsudaat | Chyleus | |
Cellen | >1000/µL | 500 - 1000/µL | <5000/µL | >5000/µL | 400 - 10000/µL |
---|---|---|---|---|---|
Eiwit | >3 g/dL | 2.5 - 3 g/dL | <3.5 g/dL | >3 g/dL | >2.5 g/dL |
Celtype | RBC, ca. perifeer bloed,macrofagen | mononuclair | neutro’s | neutro’s,macrofagen | kleine lymfo’s,enkele neutro's |
Bacteriële infiltratie: 20.000 - 100.000 gekernde cellen/µL
Bloeding: tot meerdere milj RBC/µL, kan zelfs hoger zijn dan in perifeer bloed door herresorptie van vloeistof. Ook veel thrombocyten terug te vinden bij acute bloeding.
Lymfoblasten zijn indicatief voor een intracavaal lymfosarcoma; soms ook triglyceriden in de effusie.
Reactieve mesotheliale exfoliatie tgv een irritatief proces kan sterk genoeg zijn om verwarring te stichten met carcinomateuze cellen.