Polyomavirus
opvolging virusvrije volière: nieuwe vogels dienen eerst in quarantaine geplaatst en getest te worden vooraleer ze bij de andere vogels gezet worden.
Doelorganen | |
---|---|
Staal | Heparine-bloed, Swab cloaca |
Minimum hoeveelheid | 0.2 ml |
Methode | PCR |
Resultaat |
Interpretatie
Een positieve PCR op cloacaal materiaal bevestigt virusexcretie. Daar de uitscheiding echter intermitterend is kan het zijn dat men test enkele keren dient te herhalen vooraleer het dragerschap aangetoond kan worden.
Positieve PCR op bloed wijst op blootstelling en/of viremie.
Het polyomavirus is een dsDNA virus en kan zowel ziekte veroorzaken bij psittaciformen als passeriformen. Vederafwijkingen en verhoogde neonatale sterfte bij budgerigars, plotse sterfte bij jonge papegaaien (waaronder Amazone, Afrikaanse grijze, ara’s, edelpapegaaien, halsbandparkieten, kaketoes en conuren) en vinken werden toegeschreven aan polyomavirose. Ziekte bij volwassen papegaaien is ongewoon, hoewel sterfte hetzij door het virus alleen hetzij in combinatie met C. psittaci of psitaccine beak and feather disease werd beschreven. Adulte dieren ondergaan meestal een subklinische infectie en fungeren als reservoir door intermittente fecale uitscheiding.
Necropsiebevindingen zijn bloedingen, hepatomegalie en splenomegalie. Histologisch kunnen intranucleaire inclusies gevonden worden maar zijn niet noodzakelijk in alle gevallen aanwezig.