Faecaal vet
Malabsorptie, maldigestie Chronische dundarmdiarree, gewichtsverlies
| Doelorganen | Pancreas |
|---|---|
| Staal | Faeces |
| Minimum hoeveelheid | 5g |
| Methode | Microscopisch |
| Resultaat | zelfde of volgende werkdag |
De vetvertering bij kat en hond varieert sterk. Een meervoudige bepaling is daarom noodzakelijk, evenals een gestandaardiseerd dieet (30 tot 100g vet per dag, eventueel olijfolie bijmengen) reeds enkele dagen voor de staalname.
Interpretatie
Ruwe benadering maar kan een indicatie geven voor maldigestie, NIET voor malabsorptie. De test is in geen enkel opzicht een vervangingsmiddel voor TLI.
Koolhydraten:
Amylorrhea (> 4 globules/hpf) bij honden met gewichtsverlies vormt een indicatie voor een TLI test.
Spiervezels:
Weinig gevoelige test en sommige dieten geven aanleiding tot meer spiervezels dan andere. Indien onverteerde spiervezels aanwezig zijn, is EPI mogelijk en een TLI test geïndiceerd.
Vet:
Een sterk positieve reactie bij honden met tekens van maldigestie vormt een indicatie voor een TLI test of supplementatietrial met pancreasenzymen. Faeces van honden met EPI hebben niet altijd overdreven veel vet en een negatieve test sluit steatorhee niet uit.
Indien supplementatie met pancreasenzymen de symptomen opheft, kan men besluiten tot EPI.
Indien supplementatie met pancrasenzymen de symptomen opheft, kan men besluiten tot EPI. Vetstofwisselingsstoornissen kunnen door bepaling van totaal lipide en lipidefracties gedifferentieerd worden.
