Alle vertalingen
Voer de naam van een bericht in om alle beschikbare vertalingen weer te geven.
Er zijn 2 vertalingen gevonden.
Naam | Huidige inhoud |
---|---|
g français (fr) | L’échantillon doit être prélevé entre J19-24 ou entre J44-48. Le taux se maintien >1,5 ng/mL pendant la gestation entière. Des valeurs élevées plaident pour une gestation mais ne sont pas spécifiques. Des valeurs >1,5 ng/mL entre J 19-24 et entre J 44-48 prouvent que la jument était gestante au moment du prélèvement. La plupart des juments gestantes ont des valeurs >3 ng/mL. Des valeurs <0,1 ng/mL entre J 19-24 ou entre J 44-48 prouvent que la jument n’est pas gestante. Des valeurs entre 1-3 ng/mL sont associées à un risque élevée d’avortement. Si on estime mal le moment d’oestrus et d’ovulation, mais aussi en cas de mortalité embryonnaire on risque des faux positifs. |
g Nederlands (nl) | Het staal moet tussen D19-24 of tussen D44-48 genomen worden. Blijft hoog gedurende de ganse dracht (>1.5 ng/mL). Hoge waarden zijn consistent met dracht maar niet specifiek voor dracht. >1.5 ng/mL tussen D19-24 en tussen D44-48 bewijst dat de merrie drachtig was op het moment van staalname. De meeste drachtige merries hebben >3 ng/mL <0.1 ng/mL tussen D19-24 of tussen D44 -48 bewijst dat de merrie niet drachtig is. Waarden tussen 1 - 3 ng/mL worden geassocieerd met een verhoogd risico op abortus. Onjuiste inschatting van het moment van hengstigheid en ovulatie, embryosterfte en ovariële afwijkingen veroorzaken vals positieven. |