Lactaatdehydrogenase: verschil tussen versies
(→Referentie-interval) |
|||
Regel 26: | Regel 26: | ||
|- | |- | ||
! Paard | ! Paard | ||
− | | < | + | | <600 |
| IU/L | | IU/L | ||
|- | |- |
Versie van 12 mrt 2013 om 18:30
|
Referentie-interval
Hoog | Eenheid | |
---|---|---|
Paard | <600 | IU/L |
Rund | <1400 | IU/L |
Interpretatie
Specificiteit
LDH wordt in tal van weefsels in belangrijke mate aangetroffen zodat de diagnostische waarde in vraag gesteld wordt, zeker bij hond en kat. Wanneer ook ALP, AST en (ALT) verhoogd zijn, ligt de oorzaak meestal bij de lever.
LDH is bruikbaar als diagnostisch hulpmiddel bij spieraandoeningen maar enkel samen met CPK en AST. Verhoging na spiernecrose treedt trager op i.v.t. CPK en blijft gewoonlijk hoog tot enkele dagen na een enkelvoudige insult. Wanneer myonecrose aanhoudt, heeft LDH ook de neiging om verhoogd te blijven.
Soms sterk verhoogd bij kwaadaardige processen zonder verder bewijs van orgaandysfunctie.
Dubbelmeting in serum en CSV laat toe de bloed-hersenbarrièrre te evalueren: normaal is LDH 10x sterker actief in serum.
Fractionering bij paarden
LDH1 hartspier (myocardaandoeningen, secundair bij influenza, te zware inspanning) RBC (hemolyse) LDH2 nier (cortexnecrose) milt, RBC LDH3 intestinaal LDH4 lever LDH5 skeletspier