Eiwit CSV: verschil tussen versies

Uit wikilab
Ga naar: navigatie, zoeken
k (1 revision(s))
k (1 revision(s))
(geen verschil)

Versie van 10 okt 2009 om 23:31

Zie CSV cytologie

Doelorganen CZS
Staal CSV in serumbuis
Minimum hoeveelheid 0.2ml
Methode Turbidimetrisch + Agarose electroforese
Resultaat zelfde dag

Zie CSV cytologie

Bloed in het staal maakt de test zinloos.

Referentie-interval

Laag Hoog Eenheid Laag SI Hoog SI SI eenheid
Hond <25 mg/dL <0.25 g/L
Kat <25 mg/dL <0.25 g/L

Conversie

mg/dL x .01 = g/L

g/L x 100 = mg/dL methodeafhankelijk gewoonlijk < 20 mg/dL of < 40 mg/dL

Interpretatie

Hoog eiwitgehalte is indicatief voor beschadiging van de bloed-hersen-barrière, locale necrose, gestoorde CSV-doorstroming of intrathecale synthese van immunoglobulines. Bij een lekke barrière zal vnl. albumine doorsijpelen daar grote moleculen veel moeilijker doorgelaten worden. Dit kan zich zowel bij inflammatoire, degeneratieve als tumorale aandoeningen voordoen.

Bij kat, hond en paard stijgt het eiwitconcentratie van rostraal naar caudaal langsheen de neuraxis.

Milde bloedcontaminatie (<10 RBC/µl) beïnvloedt de eiwitbepaling en WBCtelling niet. Viscositeitsverhoging is meestal te wijten aan verhoogd eiwit. Ook cryptococcose kan eveneens de viscositeit verhogen of globulen vormen door het polysaccharide-kapsel van de gist.

Degeneratieve aandoeningen gaan typisch gepaard met normaal CSV, hoewel soms een milde tot matige verhoging van het eiwit kan vastgesteld worden: ie albumino-cytologische dissociatie.