Directe Coombs: verschil tussen versies
k (1 revision(s)) |
|
(geen verschil)
|
Versie van 11 okt 2009 om 00:24
Immungemedieerde hemolytische anemie (IHA)
Monitoring van IHA-patiënten
Doelorganen | Immunologie |
---|---|
Staal | EDTA-plasma |
Minimum hoeveelheid | 1ml |
Methode | Directe Agglutinatie |
Resultaat | zelfde dag |
Test moet uitgevoerd worden vooralleer men start met immunosuppresieve therapie.
Referentie-interval
pos of neg
Interpretatie
Het betreft de directe Coomb’s test. De indirecte detecteert circulerend en dus ongebonden RBCAl, maar aangezien bij dieren hiervan geen significante hoeveelheden kunnen aangetoond worden is deze test niet gevalideerd voor dieren.
Negatief
Een negatief resultaat sluit Immuungemedieerde hemolytische anemie niet uit: ondanks IHA zijn 10-40% van de honden negatief voor de test. De test detecteert Al of complement op de RBC-membraan. Om positief te zijn moet er voldoende Al of complement aanwezig zijn en moet er een goede verhouding tussen Al en reagens bestaan.
Positief
IHA, soms (17%) een onderdeel van SLE. De titer correleert echter niet met de ernst van hemolyse noch de respons op therapie.
Intravasculair | Extravasculair | |
autoagglutinatie | ja | nee |
Coomb's | IgM en C3 | IgG |
optimum temperatuur | 4°C | 37°C |
kliniek | Acuut en erg, icterus,Hgbemie en -urie | chronisch,zwakte,lethargie, bleke slijmvliezen |
Prognose | Slecht tot gereserveerd | Gereserveerd tot goed |
Prevalentie | <1% | Meestal |
Een positief resultaat wijst enkel op de aanwezigheid van antilichamen op de RBCmembraan en niet op auto-immuniteit. De test is tevens positief in tal van infectieuze, parasitaire, inflammatoire, neoplastische en andere secundair immuungemedieerde aandoeningen (farmaca). Het RBCmembraan kan ook het slachtoffer worden van antilichamen die in feite gericht zijn tegen andere antigenen, het zg. innocent bystander effect.